woensdag 20 juni 2018

Reisverslag Normandië

Woensdagmorgen reed ik in alle vroegte naar Mol om mij te vervoegen bij de groep die naar Normandië reisde. Na mijn toiletbezoek werd ik al meteen herkend: "Hier se we hebben een B.V. bij!"
Mijn plaatsje was vlak achter de chauffeur en al vlug was ik in dromenland verzonken.
Onze eerste stop was juist over de grens in Frankrijk en ik zag een vrouw alleen staan. Ik vroeg van waar ze kwam en of ze alleen was. Ze kwam uit Peer en reisde inderdaad alleen.
Naast haar was nog een plaatsje leeg in de bus en ik nam plaats naast haar. Het was wel op de laatste rij!
We babbelden honderd uit! En ik heb er weer een vriendin bij gekregen!
Onze eerste stop was in Amiens, de hoofdplaats van Picardië. We bezochten de grootste kathedraal van Frankrijk, een juweeltje van gothische bouwkunst. Jules Verne bracht een groot deel van zijn leven door in Amiens.
Daarna reden we verder om ons middagmaal te gebruiken. De rest van de dag nl langs de Pont de Normandie naar Honfleur, een schattig , schilderachtig, oud vissersplaatsje heb ik niet meer meegemaakt.
Na het middagmaal ging ik weer achteraan in de bus zitten. We kregen de tijd om "een uiltje te vangen". Opeens werd ik onwel en strompelde naar voor in de bus. Daar moet ik flauw gevallen zijn (wist ik niets meer van) en toen ik bij kwam , had ik mijn hele middagmaal overgegeven over mijn kleding en de mat van de bus. Ik schaamde mij diep! Al vlug kreeg ik zakdoekjes en doekjes met eau de cologne om mij wat proper te maken. Maar de bus was al aan de kant gaan staan en de gids had de ambulance al gebeld. De inzittenden moesten de bus verlaten want we stonden op een autosnelweg. Ik zat nog steeds op het trapje van de bus toen de dokter mij onderzocht. Ik had een bloeddruk van 15/14 !
De dokter prikte bloed om mijn suikergehalte te testen maar dit was in orde. De dokter wilde mij in elk geval meenemen naar het ziekenhuis.
De gids beloofde om mij een uur later op te bellen nadat hij er zich van had vergewist dat ik mijn plan kon trekken in het Frans.
Bijgevolg lag ik een tijdje later weer in een ambulance en werd naar een ziekenhuis gevoerd.
Daar heb ik op de dienst "Spoed" (what's in a name) uuuuuuuuuuuuuuuren zitten wachten.
Ondertussen werd er gebeld door de gids, de ziekteverzekering... Ik mocht een taxi nemen naar het hotel als ik daar buiten mocht.
Weer werd er bloed geprikt , bloeddruk genomen (die was goed ondertussen) een E.C.G genomen en om 20 u 30 mocht ik weg. Er heeft zich een heel soap verhaal afgespeeld eer ik een taxi kon bekomen en het huilen stond mij nader dan het lachen.
Uiteindelijk vond ik een taxi : notabene 98 km van het hotel verwijderd en 250 euro te betalen.
Gelukkig wordt alles geregeld met de ziekteverzekering.
In mijn beste Frans heb ik toch nog een aangenaam gesprek gehad met taxi chauffeur. So far so good.
In het hotel stond mijn vriendin en de gids op mij te wachten en ik kreeg nog wat te eten. Na een klein hapje begaf ik me naar de kamer en nam een douche.
De volgende morgen was iedereen heel bezorgd en ze legden me in de watten. Maar voor alle verzekering ging ik toch maar terug vooraan in de bus zitten en nam kleine maaltijden.
Dag 2 was voor mij het belangrijkste "The longest day". De route gaat via Sainte-Mère-Eglise, verder via de belangrijkste aanvalsstranden van 6 juni 1944 nl Utah Beach, Pointe du Hoc, Omaha Beach naar de Amerikaanse begraafplaats in Colleville-sur-Mer en naar Arromanches-les-Bains, een belangrijke bevoorradingsplaats van de geallieerden. We brengen nog een bezoek aan het museum over de landing en aan de bunkers van Longues-sur-Mer.
Op de Amerikaanse begraafplaats zagen we het graf van Theodore Roosevelt gesneuveld in 1944 en zijn broer naast hem : Quintin Roosevelt gesneuveld in 1918.
Dag 3 vertrekken we naar Villedieu-les-Poêles, ook wel "koperstad" genoemd, dit vanwege haar eeuwenoude traditie in de koperindustrie. We brengen een bezoek aan een klokkengieterij. Verder naar de Mont-Saint-Michel, waar we na het middagmaal onze tijd vrij mochten besteden.
Dag 4 vertrekken we na het ontbijt naar Bayeux. Buiten la Tapisserie de Bayeux, is de kathedraal ook een monument van aandacht waard. We rijden verder naar een plaatselijke cidrerie voor een degustatie van cider, pommeau en calvados.
In de namiddag brachten we een bezoek aan Caen, hoofdplaats van de Calvados. We maken een korte wandeling door deze stad, gesticht door Willem de Veroveraar, die er 2 machtige abdijen liet bouwen: één voor de mannen en één voor de vrouwen.
Dag 5 vatten we de terugreis aan langs Rouen, de historische hoofdstad van Normandië en bekend om zijn historische kern en verbondenheid met Jeanne d'Arc. In de bus vertelde de gids dat het mogelijk zou zijn dat de echte Jeanne d'Arc ondergedoken was en dat er iemand anders op de brandstapel had gestaan. Waar of niet waar???
Onze bijzondere aandacht gaat uit naar de kathedraal Notre-Dame.
Na het middagmaal trekken we huiswaarts.
Een prachtige reis!